Los Belgas Bolivianos, esooo!

2 augustus 2019 - Hopkins, Belize

Gegroet!

Die avond kwam dus deel twee van het Belgisch bezoek ons vervoegen! In het Eucalyptus hotel (met warm water en verwarming, hallelujah!) was het een enthousiaste hereniging met Laura en Wolle. Na enig getwijfel over de te volgen route besloten we de volgende dag naar Tupiza te reizen. Tupiza is een dorpje dat een beetje western aandoet, het is helemaal omgeven door rode rotsen. Het is een bestemming die vaak wordt overgeslagen, maar ik vond Tupiza heel erg de moeite en de omgeving ongeloofelijk mooi.

We arriveerden tegen de middag en Aagje was door het dolle heen want we gingen die middag paardrijden! Bleek dat Aagje jarenlang paard heeft gereden en zelfs prijzen heeft gewonnen, ge komt nogal wat te weten als je samen reist! In ieder geval: de vrouwen trokken er op uit om paard te rijden en de mannen gingen fietsen. Eerlijk gezegd was dat voor mij kiezen tussen de pest en de cholera. Maar als ik dan toch moest kiezen won angst (paardrijden) het van afzien (fietsen): en zo geschiedde!  Aagje kreeg het moeilijkste paard, ik het gemakkelijkste. Zo gingen we op pad. Mijn paard kreeg al snel de bijnaam Prozacje. Hij was extreem tam en wijkte niet van de zijde van het paard van de gids, al probeerde Laura haar paard zich er soms wel tussen te wringen. Voor mij was het tempo ideaal en ik was ook heel blij met Prozacje want ik wist dat hij te tam was om op hol te slaan. Je merkte dat deze paarden geen eigen wil hadden en gewoon het eerste paard volgden. We maakten een tocht door de mooie omgeving en ik moet zeggen dat ik echt genoot! Wie had dat ooit gedacht (mijn mama zeker niet). Laura wou echter wat sneller gaan en haar gebeden werden vehoord: op de terugweg sloeg haar paard half op hol toen we in draf gingen. Ik hoorde achter mij zoiets dat klonk als: `Aaaaagjeeeeee`. Het was Laura die een noodkreet sloeg. Gelukkig was Aagje in de buurt om Laura uit haar benarde positie te bevrijden en zo arriveerden we zonder ongelukken terug in Tupiza. 

De mannen waren er ook zonder ongelukken vanaf gekomen. Alhoewel.. Als we ze moeten geloven zijn ze ternauwerdood ontsnapt aan bloeddorstige honden..


Na weer een avond kou lijden (geen idee hoe die mensen overleven want er is nergens verwarming en het is in de avond echt ijskoud) waren we de volgende dag klaar voor een gezamenlijk avontuur! We gingen op pad met een gids in de omgeving van Tupiza en klimden en klauterden door de rotsformaties. Het was een erg geslaagde dag, al moet gezegd dat de vrouwen af en toe wel in hun broek deden van schrik. We moesten soms toch wel echt van erg hoog springen of benarde posities aannemen. Maar we beten dapper door! We zijn niet voor niets maskes natuurlijk. De gids gebruikte ons duidelijk ook als toekomstige reclame en trok 1000 foto van ons in allerlei (meestal niet erg flatterende) houdingen. Ineens moesten we ook een filmpje opnemen om mensen warm te maken voor de tour haha! Het is ergens te vinden op facebook.. Help! We aten als lunch trouwens een heerlijke delicatesse: een soort van maisbol met lamavlees erin, mmm.


Na deze tocht sprak Wolle ook vloeiend Spaans, namelijk het ene woord `eso’ dat hij te pas en te onpas (vooral dat laatste) gebruikte. To be fair: veel verder kom ik ook niet. Gelukkig hadden we Daan en Aagje, en natuurlijk Laura niet te vergeten die ons met een prachtige zelfuitgevonden taal van Frans-Spaans door Bolivia loodste.


Hierna ging het richting Potosi waar we -buiten vruchteloos naar een Gin Tonic zoeken voor Wolle- gewoon wat rondslenterden en childen op een gezellig pleintje (ontworpen door José Plein natuurlijk). De volgende dag ging het al richting Sucre waar we in een luxeuze (voor ons budgetreizigers toch) Airbnb logeerden. We kookten ons eigen potje (pannenkoeken met dulce de leche in de ochtend mmm) en genoten van het dakterras en de bedden. En ook wel van de douche nadat we door hadden hoe die werkte. Aagje (ze had het niet getroffen met de douches, ocharme!) moest gehuld in enkel een handdoek de hulp inroepen van de eigenares, maar uiteindelijk hadden we toch een beetje warm water. De mannen hadden ook ontdekt dat er Netflix op de tv stond en er werd menig uur (tot ergernis van de vrouwen) naar Avatar gekeken. Een of andere `heel goede` tekenfilm ahum. 
De eerste dag in Sucre trokken we de stad in en was er een race door de straten aan de gang. Compleet absurd! De straten zijn smal en bochtig en de auto's knalden er met 120 km per uur door. Onwezenlijk en niet denkbaar bij ons wegens veel te gevaarlijk! We waren net lekkere streetfood aan het eten toen we op onze vrienden van Uyuni botsten (jammer genoeg niet Wouter en Maaike). We geven graag een kleine beschrijving mee van deze kleurrijke groep, aangezien dit toch wel handig is voor de verhalen die nog zullen volgen.


Oli: een goodlooking guy uit Engeland, kon zo in een boysband met zijn smile en smoothness. Stiekeme crush van Aagje.
Mar: een Spaanse die al heel haar leven in België woont (samen met Oli, of met Eli? Wie zal het zeggen). 
Diego: een sympathieke Ecuadoriaanse Amerikaan. Vooral dat laatste.
Eli: Israeliër en professioneel zuurpruim. 
Rob: toffe Engelsman die samen met Oli reisde. 
Indra: een Hollands ongeleid projectiel die tijdelijk samen was met Diego. 
Dan: een fijne Australische zuipschuit.


We werden direct uitgenodigd voor een feestje en na wat heen en weer gebabbel scheidden onze wegen. We ontdekten die dag nog een lokale markt en sloten de avond af met een filmpje (geen avatar gelukkig). 


De volgende dag deden we niet veel: we struinden wat rond in de stad en observeerden de mensen, ook heel tof vind ik altijd. En we aten een heel lekker ijsje! Het vermelden waard want dit is vrij zeldzaam in Bolivia. Ohja, uiteindelijk vonden we die Gin Tonic voor Wout, maar het heeft wel wat voeten in de aarde gehad! Na een tijd was Gin tonic nog het enige woord dat Wolle kon uitbrengen..


De volgende middag vlogen we naar Santa Cruz, niet veel soeps en dus trokken we direct naar Amboro National Park. Na een nachtje in Santa Cruz vertrokken we en we waren rustig op pad toen we opschrokken van een gigantische knal. Ik had echt wijt een hartattack. We voelden de auto raar doen, bon, wij naar de kant waar de gids de auto probeerde te fixen. Nog wat knallen volgden en niet veel later reden we verder. We voelden echter allemaal dat er iets niet klopte en niet veel later stonden we na nog wat knallen (en een paar levens minder) langs de kant. Beetje bellen, beetje foefelen en hop we waren weer weg om 5 min later voorgoed te stranden. Wij dachten al dat ons tripje niet doorging, toen onze gids een random man met een busje stopte. Het was.. De Guido! (Niet zijn echte naam FYI). Hij ging akkoord ons tot het nationaal park te brengen, maar wist duidelijk niet waaraan hij was begonnen (zeg dan toch nee Guido! Dixit het eiland). Meerdere waters (letterlijk) doorploegde hij met zijn auto (onder aanmoediging en lichte dwang van onze gids) tot Guido het welletjes vond en zei dat we te voet verder moesten. To be fair: het was een brede en diepe rivier die volgde en we waren blij dat Guido de moed had gevonden om nee te zeggen! Zijn busje had dit immers nooit overleefd (dit gezegd zijnde hopen we ook dat Guido de tocht terug heeft overleefd want hij kende de weg niet echt..). We trokken te voet verder door rivier en jungle en kwamen niet veel later aan op onze bestemming (de kokkin was al op weg naar huis, ze dacht dat we niet meer kwamen). Daar maakten we kennis met onze lokale gids Virgilio (of Regi voor de vrienden, eso!) We trokken twee dagen met Regi door de jungle en Wolle zocht wanhopig naar een puma (de Gin Tonic verdween even naar de achtergrond). We aten en sliepen op een domein enkel voor ons, te midden van al dat pracht en praal. Het leek wat op Bokrijk! Heel basic en geen wifi maar wel kaarslicht, grote spinnen en the game. Ohja: onze gids/chauffeur was direct na onze aankomst verdwenen maar daagde uiteindelijk, gelukkig, toch weer op met een gefixte auto om ons terug naar huis te brengen. 


Die avond stond er nog een dolle rit naar Samaipata op het programma. De chauffeur was gewoon echt knettergek en iedereen was blij (en mottig, buiten mezelf, lucky me) om levend uit de auto te kruipen. In al die jaren reizen was dit echt een van de zotste ritten die ik al meemaakte. Inhalen in bochten, langs vrachtwagens razen zonder te zien wat er achter de vrachtwagens kwam, veel te snel rijden.. Afin, een bijna dood ervaring als het ware. De man was zich echter van geen kwaad bewust en gaf nog doodleuk zijn kaartje voor als we een taxi nodig hadden. Thanks but no thanks!


In Samaipata verbleven we in het gezellige Nomada hostel (aangeraden door Eline, waarvoor dank!) en Aagje vond al snel een vriend in Coco, de hond des huizes. Na een heerlijke nachtrust (wel iets te weinig na een babbelsessie met Aagje, sorry Daan!) en lekker ontbijt trokken we richting El Fuerte. (Niet met de brommer maar met de taxi, Aagje en Wolle: laat het los!). El Fuerte zijn restanten van een Inca-stad, het was niet echt veel soeps, maar het uitzicht op de omgeving was wel prachtig. Het bracht ook vooral de serieuze discussie op gang wie er van de mannen en vrouwen zou winnen in een gevecht tot op de dood, zeer interessant! In de namiddag bezochten we nog enkele watervallen waar Wolle en Daan de tijd van hun leven hadden en waar ik werd bedolven onder de muggenbeten (mijn benen zijn de hele maand daarop volledig verschwunden geweest door al het krabben).


Ons laatste avondmaal samen (snik!) brachten we door met cocktails (gin tonics, of course, voor de bende en orgasmo’s (lees: baileys met amaretto en een rode snoepkers njaaam) voor mij) en keken we naar de openingsmatch van de Copa Americana (en ontdekten zo toptalent Everton!). 
De dag erop was het inpakken geblazen voor onze vrienden (danku Laura en Wolle om een deel van onze rommel mee terug te nemen!). Na het inpakken volgde een heel sip afscheid met Aagje.. Don't leave us! Met ons 4 maakten we nog een wandeling in de omgeving en sloten af met een bezoek aan wijngaard 1750 (genoemd naar de hooge waarop de wijngaard zich bevindt). Waarna we ook afscheid moesten nemen van Laura en Wolle, nooow! En toen waren we weer met twee..

Foto’s

1 Reactie

  1. Eli:
    3 augustus 2019
    Wat een heerlijke vakantie voor die drie top Belgische Bleekscheetjes <3.
    Blij dat wij (lees een Oli en een Eli) er ook bij mochten zijn in een andere gedaante!!